zaterdag 22 oktober 2011

Met de vuist op tafel!

Op 12 oktober gaf ik een presentatie over het format van Cloudschool® ten overstaan van ruim 60 bestuurders van het primair en speciaal onderwijs. 
Terwijl ik op het punt stond om mijn verhaal af te steken keek ik de zaal eens rond: daar zaten de machthebbers van kleine en grote besturen, hun ogen verwachtingsvol op mij gericht. "Dit is mijn kans", dacht ik bij me zelf "..om invloed uit te oefenen op het logge instituut dat onderwijs heet en wie weet: het verschil te kunnen maken". 
Ik deed mijn verhaal en sprak van de 'sense of urgency' waar ik in mijn vorige blog al over repte: bovenbestuurlijke samenwerking is nodig om met elkaar een 'marktmacht' te ontwikkelen om voor alle leerlingen digitaal lesmateriaal goed, goedkoop en toegankelijk te maken. 


In een notendop: 
Voor een duurzame digitale leeromgeving moeten we enerzijds gebruik maken van de voortschrijdende technologie ( cloudcomputing en web 3.0 ) en anderzijds software ontwikkelen om het lesmateriaal ( alles in de cloud en gevat in een 'semantische database' ) door een reeks 'onderwijsfilters' te trekken en beschikbaar te maken voor de leerlingen. Om deze software ( de virtuele juf ) te ontwikkelen zijn investeringen nodig van enkele miljoenen: te duur voor zelfs een groot bestuur, laat staan afzonderlijke scholen. Ook zullen scholen heel erg moeten gaan samenwerken om al het lesmateriaal te digitaliseren en te verbinden aan gestandaardiseerde leerlijnen en leerstandaarden.


..en ik dacht: "eigenlijk vertegenwoordigen deze besturen samen al vele honderden miljoenen omzet per jaar...voor één sector is 1,5 miljoen al genoeg om van de kant te gaan....misschien... als ik ze nou laaiend enthousiast kan krijgen? ..wie weet? ".
Je raadt het al. Hoewel men wel geïnteresseerd was, was het te vroeg om meteen al commitment van bestuurders los te kunnen peuteren. Het was té veelomvattend en te complex om er meteen mee aan de slag te gaan. Een begrijpelijke reactie...mits je er in berust dat het 'gaat zoals het altijd al gaat'. 


In het onderwijs lijken we murw geworden te zijn. Nooit doen we het goed, in de media lijken alleen de negatieve berichten nieuwswaarde te hebben en in tijden van recessie worden stelselwijzigingen vooral aangewend om nog meer te kunnen bezuinigen. 
Kom dan maar eens met een verhaal waarbij we op grote schaal moeten gaan samenwerken. En stel dát het lukt, spelen we de overheid dan niet nog eens in de kaart? Want zie je wel: het kán goed en ook goedkoper!  Weet je wat? We bezuinigen nog een beetje meer! 


...ach, dat laatste is wel erg cynisch gedacht. En toch...toch moeten we serieus kijken naar de kansen en minder naar de bedreigingen. Zo links en rechts zien we steeds meer groeperingen opdoemen die de 'sense of urgency' heel goed voelen en 'de weg omhoog' voor zich zien. Marcel Kesselring beschreef dat treffend in een van zijn blogs


Ik behoor tot één van die groepen: de Denvergroep. Deze groep van vrijdenkers onderschrijft de ambitie van de PO-raad om in 10 jaar tijd het onderwijs van Nederland weer aan de top te krijgen ( Manifest: in 10 jaar naar de top ) en ziet kansen om dit via ICT te doen ( De Denver Deal ). Binnen de Denvergroep werd al eerder vastgesteld dat voor grootschalige veranderingen ook grootschalige investeringen nodig zijn. En dat kan alleen door een zeer slim 'businessplan' te bedenken. Eén waarbij we minder uitgeven aan onderwijsmiddelen en met het mindere geld tóch een volledig onderwijsleerpakket te kunnen betalen. Verschillende modellen zijn in beeld: van herleiden van de versnipperde subsidiestromen tot één grote innovatiepot voor de hele sector, een onderwijscoöperatie waarbij elk bestuur of school 'inleggeld' betaalt voor een investeringsbudget, een centraal inkoopbureau voor leermiddelen of een combinatie met particuliere investeerders: een PPS oftewel: publiek-private samenwerking. 


Sommige van deze businessmodellen zijn al verder uitgewerkt en zelfs zo ver dat scholen en besturen zó kunnen instappen. De voordelen van deze samenwerking op grote schaal zijn evident: marktmacht ontwikkelen zodat de regie meer bij het onderwijs kan komen te liggen. En toch gebeurt dat allemaal heel aarzelend. Hoe komt dat toch? 
Wellicht heeft het iets te maken met de calvinistische trekjes van veel Nederlanders: 'doe maar gewoon..dan doe je al gek genoeg' en dúrven we niet meer boven het maaiveld uit te steken. Het is zó zonde...want het is écht mogelijk het onderwijs uit het moeras te trekken!


Het vergt een mooie mix van realisme en optimisme , van ondernemerschap , leiderschap en een gezonde dosis verstand. En...weer terug naar de bestuurdersbijeenkomst van 12 oktober...de zaal inkijkend zie ik meer dan genoeg bestuurders die dat allemaal in zich hebben. In de zaal was zó veel kracht en macht verzameld...als dat gaat samenwerken, komt er een trein in beweging die niet meer te stuiten is. Mijn presentatie mocht maar een kwartier duren maar ik hoop dat ik een zaadje heb geplant dat kan gaan groeien. Als we focus kunnen houden op wat ons te doen staat, ben ik helemaal niet zo pessimistisch gestemd over de nabije toekomst. Maar ...potjandorienogantoe...dan wel met de vuist op tafel en van elkaar eisen om samen te werken! In het belang van alle kinderen. De 21e eeuw daagt ons uit. 





Samen werken is als een symphonie  ( YouTube ) 

zondag 9 oktober 2011

Sense of urgency

 Het onderwijs staat onder druk: de economische recessie lijkt structureel te zijn met vele bezuinigingen tot gevolg. De overheid reageert er op door van het onderwijs te eisen méér te doen met minder geld. 
Daar waar de commissie Dijsselbloem pleitte om het onderwijs met rust te laten lijkt het omgekeerde het geval. Steeds meer overheidsbemoeienis waarbij 'voorschrijvend' wordt gehandeld. De middelen voor leermaterialen en materiële instandhouding waren in de afgelopen tijd al met ongeveer 25% gedaald ( ruwe schatting, veel verschillen per sector ) en aan de bezuinigingen is nog geen eind gekomen. De druk wordt nog verder opgevoerd door het invoeren van zorgplicht in het kader van Passend Onderwijs. Het speciaal onderwijs wordt in een radicaal ander stelsel ondergebracht met een zeer onzekere financiële toekomst.

Cloudcomputing kan voor het onderwijs ook een besparing opleveren ten aanzien van de budgetten voor leermiddelen en kosten voor IT-infrastructuur. 
Een site-survey van uw schoolorganisatie met de 'bril op van cloudcomputing'  kan wel eens voor aangename verrassingen zorgen. Minder servers, minder systeembeheerders, goedkopere werkstations ( thin clients , tablets e.d. ) kunnen al snel voor honderduizenden euro's besparingen zorgen.
Maar ga ook eens na hoeveel u moet betalen voor alle methode's? Het moet toch mogelijk zijn om leermiddelen 25% goedkoper te maken dan u nu gewend bent. Dat kan door slim gebruik te maken open (gratis zoals wikiwijs )  en gesloten(curricula van uitgeverijen)  materiaal. Daar waar u uitgeverijen moet betalen voor het gebruik van hun methode, is het door cloudcomputing mogelijk alleen te betalen voor hetgeen uw leerlingen daadwerkelijk gebruiken ( pay per use ) . Op deze manier hoeft u niet een hele methode aan te schaffen. 

Niettemin zijn er grote investeringen nodig om de digitale omgevingen te ontwikkelen: er is veel méér nodig dan alleen een electronische omgeving ( ELO ) zoals bv Magister en It's learning.  Er is ook een 'virtuele juf' nodig en een 'app store'. Voor deze blog voert dat te ver om nu uit te leggen. U kunt ook eens een kijkje nemen op de website van http://cloudschool.info 
Voor deze techniek moet geprogrammeerd worden. Een ruwe schatting is dat per sector 1,5 miljoen moet worden geïnvesteerd en ongeveer 4 jaar nodig is om alle vakken gedigitaliseerd te hebben. Scholen kunnen dit afzonderlijk niet ophoesten en ook de grotere besturen zullen in deze tijd er geen financiële ruimte voor hebben.

Er is daarom een absolute noodzaak dat schoolbesturen gaan samenwerken. Alleen door de krachten te bundelen kan een
'marktmacht' worden ontwikkeld en zullen besturen 'ondernemers' moeten worden. Scholen hebben de kans om zelf eigenaar te worden van methodes. Onderwijs heeft geen winstoogmerk en kan daarom volstaan met de kostprijs; terugverdientijd is daarom korter en een bijkomend voordeel: het onderwijs heeft daarmee zelf de regie in handen van onderwijsontwikkeling. 

Voor dit alles is een businessmodel nodig. We zullen deze moeten ontwikkelen en besturen de weg wijzen naar efficiënte en duurzame oplossingen. Soms is een consortium de oplossing of een publiek-private samenwerking. 
Via de Denvergroep ( ondersteunt de  PO-raad met ICT beleid ) worden ook modellen ontwikkeld en aan de politiek voorgelegd; wellicht kan door het verleggen van bepaalde geldstromen (zoals subsidies voor ondernemerschap in het onderwijs) ook een financiële impuls aan het onderwijsveld worden gegeven waardoor scholen op de lange duur beter op eigen benen kunnen gaan staan: dat is óók duurzaamheid. 

Hoe het ook zij: in alle gevallen is het noodzakelijk dat besturen meer met elkaar gaan samenwerken en 'joint ventures' beginnen: in het belang van alle leerlingen! 

Jan Kraaijenbrink 

   Learning to change -  Change to learning



zondag 2 oktober 2011

Breinkracht in het onderwijs(3)

Mythbusters in psychology




Het woord 'mindset' is zo'n alledaags woord. Een leenwoord uit de Engelse taal waar eigenlijk geen goed Nederlands woord voor te bedenken valt...of denken we dat 'breinsysteem' snel een geaccepteerd woord zal worden?  
Hoe dan ook: we gebruiken het woord om aan te duiden dat iemand op een bepaalde manier denkt, hoe hij of zij in het leven staat, of het glas 'half vol' dan wel 'half leeg' is. Correct!  Maar het woord zegt niet precies wat voor sóórt denken er aan gekoppeld is.
Mindset verwijst alleen maar naar gedrag en houding van een persoon en daarbij heeft het blijkbaar iets te maken met het brein.


Onlangs las ik een boek over mindset. Het was van Carol Dweck, een psychologe verbonden aan de Stanford University. Zij is o.a. bekend geworden door onderscheid te maken tussen verschillende soorten mindset: de 'fixed mindset' en de 'growth mindset'.
Voordat je verder leest daag ik je uit om een eenvoudig testje te doen op de site van 'mindsetonline'. Of je aan het eind van de vragenserie het boek 'Mindset' wil kopen, moet je natuurlijk zelf weten, maar interessant is om voor je zelf na te gaan hoeveel van je antwoorden thuishoren in de categorie van 'fixed mindset' en hoeveel in 'growth mindset'. 
Mensen met een growth mindset hebben doorgaans meer succes in het leven. Zij zijn uit op méér willen weten en kunnen, daarmee veel meer gericht op 'leren' en 'groei'. De 'wilskracht' is sterker om iets te leren en daarmee is de kans ook groter om succesvol te zijn. 


De mythe 
Met intelligentie word je geboren; je hebt een bepaald niveau en daar kun je nooit meer wat aan veranderen. Talent hebben of ergens 'aanleg' voor hebben: je kunt er weinig aan veranderen. De IQ-test is een meting voor het leven.


Carol Dweck is één van de 'mythbusters' binnen de psychologie. Zij richt zich daarbij op de 'mindset'; het accent ligt dan vooral op de wilskracht van een bepaald type mens. Maar met alleen de 'wil' kom je er nog niet: er is nog een ander, niet minder belangrijke factor: oefenen, oefenen en nog eens oefenen!


In mijn vorige blogs noemde ik al dat het brein nogal 'plastisch'is...het past zich aan naargelang de omstandigheden veranderen. Steeds meer wetenschappers komen met allerlei bewijzen dat talent en aanleg vooral een kwestie van 'discipline' en 'veel oefenen' is.  Coert Visser heeft een artikel geschreven over een van die wetenschappers: Anderson Ericsson. Zijn '10.000-uren-regel' zegt dat mensen die op een bepaald terrein wereldklasseniveau hebben behaald daar ongeveer 10 jaar zeer intensief voor geoefend hebben. Het heeft te maken met de stof 'myeline' dat zich in de hersenen om neuronen wikkelt als er verbindingen worden aangelegd. Hoe meer verbindingen , hoe meer myeline en hoe sneller de verbindingen werken. In feite is dat wat er op biochemisch niveau in de hersenen zich afspeelt als we trainen , oefenen ..oftewel: leren.


Aha! Voor 'leren' moet je dus wilskracht hebben én je moet goed oefenen. Wel, niks nieuws onder de zon toch? Dat wisten we eigenlijk allemaal al. Dus: allemaal terug naar school en er voor zorgen dat de leraren de kinderen goed motiveren en veel laten oefenen. 
Maar daar begint het probleem: in de afgelopen eeuwen heeft de mythe van 'aanleg hebben die je met geboorte mee krijgt' zich nogal hardnekkig genesteld in het onderwijssysteem. Kinderen krijgen steeds meer toetsen te maken die een graadmeter moeten zijn van de onderwijsresultaten en daarmee...ai ai ai...het leerniveau van het kind! En nog erger: als ook intelligentietesten worden afgenomen ( met name een verplichte kuur in het speciaal onderwijs ) zijn kinderen voor het leven vastgeketend aan een intelligentieniveau waar je nooit meer bovenuit komt. Het zal je als kind maar gezegd worden dat je 'aan je plafond zit'! Dan vergaat toch alle lust om je best nog te doen? Je kunt tóch niet 'hoger'. Ik moet bekennen dat ik zelf menig maal als leerkracht die uitspraak deed ...maar gelukkig heb ik een 'growth mindset' ( denk ik, hoop ik) en heb ik nu geleerd dat een brein ook 'maakbaar' is. 


Wat ons in het onderwijs te doen staat is alle leerkrachten er van doordrongen te laten zijn dat zij zelf nooit uitgeleerd zijn en dat het ook geldt voor hun leerlingen. Kinderen hebben van nature een leergierig karakter....en op de een of andere manier zorgt 'het systeem van onderwijs' er voor dat we hen het willen leren 'áfleren'. Daarover de volgende keer meer. Als opmaat hierbij een animatie van weer zo'n mythbuster : Sir Ken Robinson "Changing Education Paradigms